donderdag 2 april 2020

#ikleesthuis over een in de lucht wonend nijplaard


Een nieuwe dag, een nieuw thuiswerkmoment. Zoals op zoveel plekken in Nederland wordt er door de medewerkers van de Bibliotheek Langedijk met regelmaat via de laptop overlegt ("Je moet je microfoon aanzetten!". "Nee, je microfoon staat niet aan, ik hoor je niet!). Na een rondje "is iedereen nog gezond?" bespreken we de dingen die we doen, of gaan doen voor de verschillende groepen die gebruik maken van de bibliotheek. Sinds gisteren (al ben ik de dagen van de week zelf een beetje kwijt) wordt het taalcafe bv ook via laptops en mobiels gedaan.

Maar nu, een boek.

Ik mag mezelf graag tegenspreken. Ergens eerder in deze serie van blogjes over #thuislezen schreef ik dat ik niets kan dan wel heb met verhalen die niet echt kunnen gebeuren. Maar toen ik die zin schreef was ik dus even één van de beste schrijvers van Nederland aan het over het hoofd zien.

In de verhalen van Toon Tellegen, zeker in die voor kinderen (maar die dus ook heel goed door volwassenen gelezen kunnen worden, wat zeg ik, die juist door volwassenen gelezen zouden moeten worden) gebeurd zelden iets dat echt zou kunnen gebeuren.

Er zijn mieren en eekhoorns die praten. Er zijn olifanten die uit bomen vallen, slakken die hun verjaardagstaart te groot vinden, egels die letters kwijt zijn, en zo kun je nog een heel dierenrijk doorgaan. Een dierenrijk dat gevuld is met wonderlijkheden, inzichten, overdenkingen, weemoed, vrolijkheid en overpeinzingen.

Kijk, ik zit hier aan de tafel in Den Helder ook maar wat voor me uit te tikken. En wie ben ik om te zeggen dat er iets moet. Maar toch, Toon Tellegen zou je moeten lezen. Stel ik kom ooit aan de macht, wat overigens om allerlei redenen niet te hopen is, dan maak ik het dagelijks lezen van Tellegen verplicht.

Ik kopieer en plak een stukje uit "langzaam, zo snel als zij konden".

O P EEN DAG BESLOOT HET NIJLPAARD O M ZICH TERUG T E trekken en in de lucht te gaan wonen. Hij had nog ergens een paar ladders liggen, timmerde ze aan elkaar vast en zette ze rechtop in het gras naast de rivier. Hij besloot alleen het allernoodzakelijkste mee te nemen, dacht een tijd na en nam toen zijn bed, een krukje en een vork mee. Meer is vast niet allernoodzakelijkst, dacht hij. Hij klom omhoog, wrong zich door een wolk heen en vestigde zich in de lucht. Er waren daar geen muren, geen vloer, geen plafond, geen deur, geen dak en geen ramen. Maar daar heb je toch niets aan, dacht het nijlpaard. Hij zette het krukje neer, legde de vork eronder, schoof het bed ernaast en was tevreden.

Kijk nou toch, een paar zinnen en hup er is een onmogelijk beeld dat je wel meteen voor je ziet.
In de Online Bibliotheek is een hele plank Tellegen te leen, hier. Als ik een tip mag opdringen, "Misschien wisten zij alles" is groot en dik (313 verhalen staan er in) en heel erg mooi.

Ton

Geen opmerkingen:

Een reactie posten