dinsdag 17 januari 2012

Congo - David Van Reybrouck (boek & plaat)


'Op een dag was Kabasele op doorreis met zijn orkest. Maar zijn trein ontspoorde, waardoor ze hun boot misten. Vijftien dagen zaten ze vast in Port Francqui! Ik wist dat de dochter van mijn Vlaamse chef binnenkort zou trouwen en regelde dat Kabasele op die bruiloft mocht spelen. Zo gezegd, zo gedaan. Het feest kwam eraan. Die avond droeg ik een marineblauw pak met een rode das. Er waren maar drie évolués. Voor de muzikanten had ik speciale vergunningen moeten regelen, anders konden ze 's avonds niet in de blanke wijk komen. Ik stond aan de bar en keek naar een Portugese dame. Ze danste goed. U moet beseffen dat in 1954 een zwarte geen blanke vrouw mocht aanraken. We konden niet eens met haar spreken! De enige blanke vrouwen die we zagen waren katholieke zusters. Enkel de boys kwamen in contact met Europese, getrouwde vrouwen. Maar bon, ik had haar dus goed zien dansen en vroeg aan haar man of ik ook eens mocht. Zomaar! Dat was een bevlieging van me, een bezetenheid. Maar haar man knikte. Dus ik stapte op haar af en vroeg haar ten dans. Toen heb ik met haar gedanst, een heel nummer lang. Na afloop applaudisseerden de blanken, zelfs de provinciegouverneur! Kabasele schreef er later dat liedje over: "Jamais Kolonga".'

David Van Reybrouck in gesprek met Jean Lema in "Congo. Een geschiedenis" (p. 238). Lema komt in het boek verder vooral voor onder zijn bijnaam, Jamais Kolonga.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten